Then these sounds shall be wind
Dan zullen deze geluiden wind zijn,
if they rise up from their place, then
als ze opstijgen uit hun plek, dan
they shall blow away, they are wind.
zullen ze verwaaien, zijn ze wind.
We have breathed and our breath was
We hebben geademd en onze adem was
as the sighing of trees around a house,
als zuchten van bomen om een huis,
we have muttered and our lips
we hebben gepreveld en onze lippen
muttered as a garden in the rain,
prevelden als een tuin in de regen,
we have spoken and our voices
we hebben gesproken en onze stemmen
strayed like birds above a roof.
dwaalden als vogels boven een dak.
Because we wanted to find our name.
Omdat wij onze naam wilden vinden.
But only the wind knows the place
Maar alleen de wind weet de plek
that we were, where and when.
die wij waren, waar en wanneer.